Terug naar homepage

Maak kennis met Teun, Marvin en Karen – de unit-heads van de studentenresidentie

 

Nu al voor het tweede academiejaar verblijven er studenten op Labora. In de westvleugel van de abdij zijn er een zestigtal studenten op kot; in de zuidvleugel woont een internationale gemeenschap van tien vrouwelijke studentes Theologie; in de oostvleugel tenslotte leven een vijftal studenten mee met de monniken. De hoogste tijd dus, dachten wij, om alle individuen van die grote groep een gezicht te geven. We starten met unit-heads van de studenten in de westvleugel: Teun, Marvin en Karen.

  

Een bont trio

  • Teun van de 1ste verdieping: een Nederlander die in Vlaanderen psychologie studeert

  • Marvin van de 2de verdieping: een bevlogen rechtenstudent met politieke ambities

  • Karen van de 3de verdieping: een godsdienstwetenschapster die antropologisch veldwerk doet bij de Surinaamse gemeenschappen in de Kempen

 

‘Kunnen jullie jezelf even voorstellen?’, start ik ons gesprek.

‘Als kind’, steekt Marvin van wal, ‘wou ik al iets doen met familierecht. Dat ik rechten zou gaan studeren, was dan ook een evidente zaak. Ik zit nu in mijn 2de bachelor, en heb als optie politieke wetenschappen gekozen. Mijn interesse in politiek is daardoor zodanig verhoogd, dat ik nu zelf ook ambities in die richting heb. Je ziet heel wat mensen, jong en oud, afhaken van de politiek’, zegt Marvin. ‘Zelfs mijn moeder heeft er een afschuw van. Maar ik denk: politiek is datgene wat de maatschappij structureert, samenhoudt en laat bestaan. Dat is dus van wezensbelang. Ik wil de wereld verbeteren, dus ik heb me nu al geëngageerd op politiek vlak. Moet ik zeggen voor welke partij of moet ik kleurloos blijven?’, lacht Marvin. ‘Ik zal maar kleur bekennen, zeker?’, gaat hij verder, ‘ik heb me lokaal geëngageerd bij CD&V. Da’s een partij waarin verschillende strekkingen en perspectieven op de maatschappij aan bod kunnen komen. Dat trekt mij aan. De partij ziet mij wel zitten als jongerenvertegenwoordiger.’

 

‘Ik ben eerst theologie gaan studeren’, vertelt Karen. ‘Ik ben niet meteen heel katholiek opgevoed thuis, maar heb op het einde van mijn middelbaar heel wat theologische boeken gelezen. Die inspireerden mij om voor die studierichting te kiezen. Ik vind theologie een maatschappelijk relevante keuze. In de opleiding krijg je  onder meer vakken over wereldgodsdiensten. Ik ervaar dat als een grote meerwaarde voor de multireligieuze samenleving van vandaag. Bovendien zijn heel wat mensen bezig met zinvragen. Het interessante aan de opleiding theologie is dat het een heel reflexieve opleiding is die je als student uitdaagt om vanuit heel wat invalshoeken te leren denken. En het mag dan wel zo zijn dat alsmaar minder mensen in West-Europa zich katholiek noemen, de christelijke traditie blijft heel waardevol voor het leven van vandaag. Het is ook de traditie die onze samenleving door en door heeft gevormd. Na die eerder theoretische studies wilde ik mijn studieveld wat verbreden en praktischer maken. Ik behaalde een BaNaBa in Wereldburgerschap en ontwikkeling waarbij ik zes maanden stage deed in Ecuador. ’ Nadien besloot ik dat ik mijn theoretische achtergrond en onderzoeksvaardigheden nog verder wilde verdiepen. Daarom doe ik dit academiejaar nog een MaNaMa Cultural Anthropology and Development Studies.

 

‘Mijn verhaal klinkt enigszins anders’, komt tenslotte Teun aan bod. ‘Ik volg nu het eerste jaar psychologie, maar ik heb in Nederland al een bachelor sociale wetenschappen behaald. Ik had die richting aanvankelijk gekozen, maar voelde al snel dat het niet helemaal mijn ding was én dat vooral de psychologische vakken in die richting mijn interesse hadden. In plaats van onmiddellijk van richting te veranderen, besloot ik de rit uit te zitten. Ik had dat beter niet gedaan,’ zegt Teun, ‘het had me heel wat tijd en geld bespaard. Uiteindelijk ben ik toch in de richting psychologie terecht gekomen. In Vlaanderen weliswaar, omdat ik hier makkelijker toegang had tot die studierichting en het hier ook wel wat goedkoper studeren is’, lacht hij. ‘Ik hou van de richting psychologie omdat ze aansluit bij mijn fundamentele interesse: jezelf, je eigen psyche begrijpen. In mijn omgeving word ik geconfronteerd met heel wat depressie- en verslavingsproblematieken. Ik wil in mijn eigen leven leren omgaan met dat soort zaken én voor anderen een deel van de oplossing zijn. Ik wil later dan ook graag therapeut worden. Ik ben heel geïnteresseerd in een nieuw soort therapieën die hun wortels hebben in de hippie-cultuur, waarbij men mensen met hallucinogene bestanddelen van paddenstoelen helpt leren omgaan met trauma’s. Het mag voor mij net dat ietsje rebelser en avontuurlijker zijn’, grapt hij.

 

 Op kot in Keizersberg – de troeven van Labora.

Eén kenmerk hebben de drie unit-heads alvast gemeen met elkaar: ze zijn alle drie last minute op Keizersberg terecht gekomen. ‘Ik was te laat beginnen zoeken naar een kot’, vertelt Marvin. ‘Terwijl sommige studenten al in maart naar huisvesting op zoek gaan, viel bij mij pas in augustus mijn frank dat ik nog een kamer moest zien te vinden. En toen kwam een advertentie van Labora langs op Facebook, als een deus ex machina. Ik kon het bijna niet geloven dat er op zo’n mooie locatie nog plaatsen vrij waren.’ ‘Ik was er dan toch nog een beetje eerder bij’, zegt Teun. ‘Via een vriend van een vriendin hoorde ik in juli van deze residentie. Ik dacht eerst ook dat het verhaal van de vrije kamers een scam was, maar dat bleek dan toch niet. Ik vind het hier een superlocatie.’ ‘Bij mij verliep het net zo’, sluit Karen het rijtje. ‘Ik kwam terug van Ecuador en wist eigenlijk niet goed wat ik zou doen. Ik ben heel laat beginnen zoeken. Gelukkig kwamen er nog kamers bij op de 3de verdieping. Daar heb ik mijn stek gevonden.’

                ‘Overigens spreekt vooral het gemeenschapsgevoel van deze residentie mij aan’, gaat Karen verder. ‘Ik heb eerder op kot gezeten bij UP; daar zet men erg in op het gemeenschapskarakter. Ik vind dat hier terug. Anders dan de meeste Vlaamse studenten ga ik niet elke week naar huis en dan is het fijn dat er hier echt een kleine gemeenschap groeit.’

‘Dat herken ik’, gaat Teun verder. ‘Ik vind het super dat er hier gewerkt wordt met 12-maanden-contracten. Labora is immers gewoon mijn thuis. In Nederland ga je als hogeschool- of universiteitsstudent echt gewoon het huis uit. Omwille van de specifieke organisatie van het onderwijs (met leningen e.d.) ben je als student veel sneller dan Vlaamse studenten onafhankelijk van je ouders. Ik vind het fijn dat ik hier gewoon kan wonen. Het gebouw is overigens gewoon fantastisch. Ik zou het wel wat meer willen kennen.’

‘Mij spreekt ook vooral de sfeer van het gebouw aan’, vult Marvin aan. ‘Ik ben een ochtendmens. Tijdens de blok ga ik ’s morgens wel eens naar het ochtendgebed in de kerk. Ik ben gelovig en ik vind het een meerwaarde dat ik mijn spiritualiteit hier kan beleven. Dat leeft hier; ik kan daar gewoon bij aansluiten. Verder vind ik de combinatie van de hippe organisatie met de traditionele elementen heel cool. Van buiten zie je een oud gebouw, maar binnen zijn de kamers hypermodern gerenoveerd. De mails, de website, de stijl, het design, dat straalt allemaal dat hippe uit.’

‘Dat van die spiritualiteit kan ik beamen’, zegt Karen. ‘Mij spreken abdijen sowieso aan. Wanneer ik hier door de gangen loop, besef ik dat er hier een hele geschiedenis van spiritueel zoekende mensen in de muren hangt. Als de klokken om 18u luiden, kan mij dat echt gelukkig maken. Ik ga soms ook wel eens naar een gebedsdienst in de kerk; het contact met de monniken vind ik leuk. Maar niet alleen met hen: het inspirerende van Labora is dat je hier met een bonte mix van mensen in contact kan komen. En daarnaast is natuurlijk ook het park rond de abdij een enorme troef.’

  

Unit-heads en hun taken

De studentenresidentie in de westvleugel van Keizersberg is verspreid over drie verdiepingen. Om het gemeenschapsgevoel per vloer te helpen groeien, om de praktische organisatie van de keukens te stroomlijnen, maar ook om gemeenschappelijke activiteiten met de ganse residentie op poten te zetten, zijn er de unit-heads – een verantwoordelijke per verdieping die al deze zaken mee behartigt en in het oog houdt. Marvin, Teun en Karen nemen dit academiejaar deze verantwoordelijkheid op voor hun verdieping.

                ‘Ik vind het wel fijn om verantwoordelijkheid te nemen’, zegt Karen. ‘Het gemeenschapsgevoel komt bij ons bijna vanzelf tot stand. Misschien komt dat omdat we een kleinere groep zijn of omdat een aantal van ons al wat ouder zijn en ook tijdens het weekend al eens op kot blijven. Omdat onze keuken wat later in het academiejaar klaar was, hebben we  inspraak gehad in de inrichting ervan. Dat is een extra stimulans om er zorgzaam mee om te springen. De keuken is de plek waar we echt bij elkaar thuiskomen en bijpraten. We studeren er al eens samen, houden om de twee weken een gemeenschappelijk maaltijd en nodigen elkaar daarbuiten ook uit om samen activiteiten te doen …’

                ‘De gemeenschap organisch laten groeien, is ook onze insteek’, vullen Teun en Marvin aan. ‘Mensen blijven ook bij ons hangen in de keuken; er is veel gezelligheid. Wat we zeker niet willen, is druk uitoefenen op mensen om sociaal te zijn. Sommige studenten blijven liever op zichzelf, en dat moet je ook respecteren. Samen eten of samen naar de film gaan, dat zijn ook zaken die bij ons gebeuren. Als unit-heads zijn wij helemaal geen autoritaire figuren’, zeggen Teun en Marvin nog. ‘Wij hebben niet meer of minder te zeggen dan anderen.’ ‘Alleen bij het kitchen clean event durf ik wel eens op mijn strepen gaan staan’, vult Marvin aan. ‘Iedereen gebruikt de keuken, dus is het ook maar logisch dat iedereen zijn steentje bijdraagt aan het opruimen en netjes houden ervan.’

 

 De leukste momenten op Labora

Het academiejaar is inmiddels een heel eind opgeschoten. ‘Wat zijn jullie leukste momenten tot dusver?’, wil ik tot slot nog weten. ‘Voor mij zijn dat de avondjes samen in de keuken’, zegt Marvin. ‘Er gebeurt niets bijzonders, het is allemaal low profile. Gewoon samen zitten, wat babbelen, een muziekje erbij of zelfs samen studeren.’ ‘Die gewone, kleine dingen die het leven van alledag kleuren’ beaamt Karen, ‘zijn ook voor mij het leukst.’ ‘Daar kan ik me ook wel in vinden’, valt Teun bij. ‘Ik heb een kamer aan de kant van de binnentuin. Wanneer ’s ochtends de zon door het raam valt en je wakker wordt met het geluid van de bel of de klokken, dat vind ik zalig. Maar ook de benefietmaaltijd voor Shadi sprong er voor mij uit. Dat Labora dat organiseerde, vond ik sowieso attent en tof. Het was echt een event met een groot gemeenschapsgevoel; het moet Shadi deugd gedaan hebben dat er zoveel mensen waren. En dat alles in die sublieme refter: prachtig.’ ‘Wij zien onszelf onze studiejaren hier wel uitzitten’, besluiten Teun en Marvin. ‘Wij zien onszelf onze studiejaren hier wel uitzitten’, besluiten Teun en Marvin.

 

Wij zeggen alvast:  een dikke dankjewel voor alle inzet, Karen, Teun en Marvin!