Terug naar homepage

SOS Kinderdorpen neemt zijn intrek in Labora

Wie op de co-working werkt, heeft het beslist al gemerkt: sedert kort heeft Labora er een nieuwe kantoorgebruiker bij. Met die nieuwe gebruiker komen ook een aantal nieuwe bewoners mee. Intrigerend? Lees dan zeker dit interview met Sara, de verantwoordelijke van het team van SOS Kinderdorpen dat neerstreek in de co-working van Labora.

  

SOS Kinderdorpen in de wereld en in België

‘Wat is SOS Kinderdorpen en waar houden jullie je mee bezig?’, wil ik in eerste instantie weten. ‘SOS Kinderdorpen is een NGO die wereldwijd actief is in 138 landen’, begint Sara. ‘Bestuurlijk zijn wij een federatie met een overkoepelend wereldwijd bestuur, met daarnaast in elk land autonome afdelingen. Ons team hier in Labora is onderdeel van de Vlaamse tak binnen de Belgische organisatie. De doelgroep van onze organisatie zijn, simpelweg, kinderen. “Geen enkel kind mag alleen, zonder de liefde en de zorg van een familie opgroeien”, dat is de baseline van onze werking. Wereldwijd zetten wij projecten op die deze doelstelling moeten helpen realiseren.’

‘De Belgische tak van SOS Kinderdorpen steunt projecten in het buitenland, maar wij zijn vooral ook in België zelf actief’, gaat Sara verder. ‘SOS Kinderdopen zette een nieuwe vorm van jeugdhulp op de kaart in Vlaanderen. In gezinshuizen worden kinderen in een kleine familiale gezinscontext opgevangen; SOS opende eerder al gezinshuizen voor de jongere kinderen maar verlegt nu de focus naar gezinshuizen voor NBBM. Er is ook de kindvriendelijke ruimte Knus, tot nu op de Scheutsite waar kinderen van Oekraïense vluchtelingen terecht kunnen, maar vanaf april sluit het centrum in Kessel-Lo en verhuizen wij de kindvriendelijke ruimte naar het Klein Kasteeltje in Brussel. Of er is het project Hejmo plus waar Labora ook een rol in speelt.’

 

Hejmo plus

In België verblijven meer dan 2500 minderjarige nieuwkomers zonder hun ouders in allerhande opvanginitiatieven. Velen onder hen hebben moeilijke omstandigheden gekend, voor, tijdens of na hun aankomst in België. ‘Met SOS Kinderdorpen zetten wij ons via diverse projecten in om deze kinderen een veilige opvang te bieden’, zegt Sara. ‘Hejmo plus is er daar een van. In onze Hejmo plus-locaties kunnen 13 niet begeleide buitenlandse minderjarigen een thuis vinden. Het Hejmo plus project heeft als specifiek doel om jongeren tussen 16 en 18 jaar te helpen bij de overgang van leven in een leefgroep naar zelfstandig wonen (waar ze op hun 18de toe uitgerust moeten zijn). Op 18 jaar zelfstandig moeten wonen is voor iedereen een uitdaging, maar des te meer voor jongeren die omwille van ontheming, opgelopen trauma’s en verschillen in taal en cultuur al een hele rugzak meedragen’, vertelt Sara. ‘Onze trajectbegeleiders gaan met deze jongeren op pad zodat ze zo volledig mogelijk kunnen thuiskomen in onze samenleving, eraan kunnen participeren en er zich kunnen in integreren.’

                ‘Kandidaten voor het project worden’, aldus Sara, ‘aangemeld vanuit Fedasil. In een gesprek met de jongere en zijn voogd wordt uitgeklaard wat de jongere zelf wil en wordt gekeken of de jongere voldoende vaardigheden heeft om in het traject te stappen. Wij verwachten bijvoorbeeld, dat jongeren al een zekere mate van zelfstandigheid hebben, dat ze kunnen koken, dat ze zich in het Nederlands kunnen uitdrukken. Ook moeten de jongeren een dagbesteding hebben zodat ze hun dagen kunnen structureren.’

                ‘Wij vertrekken radicaal vanuit een positieve pedagogie’, gaat Sara verder. ‘Het vertrekpunt van onze begeleiding zijn de sterktes en kwaliteiten van de jongeren. Ondanks hun soms zware rugzak zien wij een enorme veerkracht bij die jonge mensen. Die willen wij aanspreken en versterken. Samen met hen zoeken we hoe we hun netwerk kunnen vergroten en hoe we hen kunnen toerusten om veilige en warme relaties op te bouwen.’

                ‘Onze begeleiding focust op een drietal terreinen. Er is vooreerst de groepsbegeleiding: het samenleven is voor hen een echte oefenplek om sociale vaardigheden aan te scherpen. In functie daarvan organiseren we groepsactiviteiten en houden we op regelmatige basis een bewonersvergadering. Daarnaast begeleiden we de jongeren een-op-een op individueel vlak. We doen dat aan de hand van een groeiplan. We vertrekken altijd vanuit de jongere zelf: waar staat hij of zij, waar wil hij/zij naartoe? Wat kan je, wat wil je en wat heb je nodig? – die vragen zijn onze leidraad’, stelt Sara. ‘Aan de hand van die vragen bekijken we samen met de jongere hun omgang met bijvoorbeeld school, werk, geld, hobby’s, gsm- en internetgebruik, hun relaties, en noem maar op. Tot slot leren we hen ook omgaan met geld: per week (en later per maand) krijgen zij een bepaald budget waarvan ze hun kamer, was en plas moeten bekostigen. Een eigen budget beheren is voor heel wat mensen niet evident, laat staan voor jongeren die omwille van hun geschiedenis toch wel heel snel op eigen benen moeten staan. Die aandacht voor wat ze al meegemaakt hebben nemen we overigens bewust mee in onze begeleiding’, weet Sara. ‘Wij werken trauma- en cultuursensitief. Op 18 jaar worden onze jongeren verondersteld zelfstandig en autonoom te kunnen leven, maar ook dan laten we hen niet in de steek en zorgen we voor de gepaste uitstroom. Bij ons komt niemand op straat terecht’, aldus nog Sara.

  

Hejmo plus in Labora

Het Hejmo plus project krijgt op dit moment vorm op drie locaties: in een huis in Herent, in Wilsele en sedert kort ook op Labora. In de Westvleugel van de abdij, op de derde verdieping van de studentenresidentie groeit een kleine gemeenschap van 5 jongeren die hier onder de vleugels van SOS Kinderdorpen hun weg in het leven zoeken en vinden. De jongeren leven te midden van de studenten. ‘Deze formule is nieuw voor ons team’, weet Sara, ‘maar wij zien er onmiskenbare kansen in. Door de aanwezigheid van de studenten ís er hier immers al een gemeenschap, waar de jongeren op verder kunnen surfen. Hun sociale skills worden hier onmiddellijk aangesproken. Ze kunnen op hun eigen ritme en naar hun eigen aanvoelen aansluiten bij een sociaal leven dat al vorm heeft gekregen en tegelijk hun eigen weg gaan. Wij verwachten van de studenten niets bijzonders. Uiteraard hopen we dat er warme contacten groeien, maar de studenten moeten zeker niets speciaals doen en al zeker zijn ze niet de begeleiders van de jongeren. Gewoon leven, soms eens samen eten of koken of een andere activiteit doen, maar tegelijk ook elkaars privacy respecteren, zoals samenlevende studenten dat op een residentie doen: daar zien wij de meerwaarde in voor onze jongeren. Zij komen vaak uit grote opvangcentra waar ze in een collectiviteit leven en weinig privacy kennen. Dat ze hier een eigen plekje hebben, dat netjes is en mooi is ingericht, waar ze tegelijk hun netwerk kunnen vergroten, ervaren onze jongeren als een grote kans.’

‘Maar uiteraard is die stap naar een grotere zelfstandigheid voor onze jongeren ook een uitdaging. Wij met ons team zijn er daarom altijd, als brugfiguren – tussen de jongeren en de buitenwereld, en hier in Labora tussen de jongeren en de studenten en de gebruikers van Labora. Ons team bestaat uit 5 mensen: ikzelf als verantwoordelijke van het team, en daarnaast zijn er Wietse, Lotte, Stef en Paolo die de individuele trajectbegeleiders van de jongeren zijn.’ 4 Trajectbegeleiders dus voor in totaal 13 jongeren. ‘Dat is behoorlijk veel’, vertelt Sara nog. ‘Maar net daardoor kunnen wij zo’n verschil maken. Ik werkte vroeger voor Fedasil, en daar waren er 20 begeleiders voor 300 jongeren. Dat is totaal anders werken. Ik ben onze subsidiërende overheden (Fedasil en opgroeien) en onze eigen fundraisingsdienst enorm dankbaar dat ze erin slagen sponsors voor onze werking te vinden’, besluit Sara,’ want daardoor kunnen wij de slagkracht van onze jongeren echt op maat ondersteunen en versterken.’

  

Een hart voor jongeren en voor haar team

‘Ik werk al mijn hele leven met deze doelgroep’, zegt Sara. ‘Dat werk kruipt in je kleren: je wordt geconfronteerd met verhalen die wij nauwelijks voor mogelijk houden. Als je als niet begeleide minderjarige vluchteling aankomt in een land heb je niet bepaald een plezierreis achter de rug. Ik word dan ook telkens weer persoonlijk geraakt, ook door de trauma’s die deze jongeren al hebben opgelopen. Maar het is tegelijk fantastisch werk en ik zou niets anders willen doen. Ik ben werkelijk elke keer onder de indruk van de veerkracht die deze jongeren hebben en uitstralen’, gaat Sara verder. ‘Ik vind het prachtig om getuige te kunnen zijn van het traject dat ze elk individueel weten af te leggen, van hun groeikracht op alle domeinen van het leven. Uiteraard is het zo dat je als begeleider soms geconfronteerd wordt met – in onze ogen – moeilijk gedrag. Maar ik beschouw het als een uitdaging voor mezelf om voorbij dit gedrag te kunnen kijken naar de dieperliggende, vaak traumatische, achtergrond ervan. Wanneer ik daarin slaag, voel ik ook mezelf als persoon groeien. Onze samenleving zou er in zijn geheel overigens wel bij varen wanneer we naar alle soorten gedragsontsporing wat meer traumasensitief zouden kunnen kijken. Hoeveel pestgedrag wortelt niet in kwetsuren die mensen zijn opgelopen? En hoeveel trauma komt daar dan weer uit voort?’

‘Hoe zwaar dit werk soms dus ook is, je krijgt er als mens tegelijk heel veel voor terug. Ik heb er alleszins een veel relativerendere kijk op het leven en onze problemen door gekregen. Je zal mij niet snel meer over futiliteiten horen zagen.  Ook de positieve kijk van SOS Kinderdorpen zelf, de aandacht voor warme en veilige relaties, de focus op de veerkracht en het groeipotentieel in elke mens zijn door dit werk helemaal in wie ik ben ingeslepen. Die houding probeer ik ook waar te maken tegenover mijn team. Ook zij verdienen die waarderende benadering. Als er aan de jongeren of aan mijn team geraakt zou worden, zou ik mij ervoor smijten als een leeuwin’, lacht Sara. Ik kan het me, na dit inspirerende gesprek met een gepassioneerde vrouw, zó voorstellen.

                ‘Alleszins is het duidelijk dat dit project een enorme meerwaarde kan betekenen voor Labora’, zeg ik zelf. ‘Dat denk ik ook’, zegt Sara. ‘We doen er dan ook alles aan om het te laten lukken. Hierbij dus ook een warme oproep: wil je ons beter leren kennen, heb je ideeën over samenwerken? Spreek ons aan! Of als er vragen zouden zijn, of – wat we uiteraard niet hopen – storende zaken, klop aan bij ons kantoor en kom binnen. Er is altijd wel iemand van ons aanwezig.’

                En als je werkelijk je steentje wil bijdragen, denk ik tot slot, behoort een kleine sponsoring van SOS Kinderdorpen ook altijd tot de mogelijkheden. 😊 Wil je er meer over weten, surf dan even naar de website: www.sos-kinderdorpen.be.