Terug naar homepage

In de reeks ‘In focus’ richten we de schijnwerper op de mensen en gebeurtenissen die Labora, de abdij en de Keizersberg vormgeven (en –gaven) doorheen de tijd. 

De wildste verhalen doen de ronde over een mogelijk netwerk van tunnels onder de Keizersberg. Alles begint (opnieuw) bij de bouw van de commanderij van de tempeliers en de hertogelijke burcht – respectievelijk in de 13e en 14e eeuw, beiden op de Keizersberg.  

Kelders en waterputten 

Een deel van de hertogelijke burcht was onderkelderd – dat weten we door historische bronnen: jaarrekeningen en een inventaris van alle ruimtes. Tussen die verschillende kelders liepen hoogstwaarschijnlijk tunnels, zodat niet in elke kelder een afzonderlijke (en kostelijke) trap moest geïnstalleerd worden. Ook terug te vinden op het domein van de burcht: een waterput (tot op de dag van vandaag trouwens). In verschillende historische documenten wordt gesproken over een put met een “zeer wonderlijke diepte, “de diepste […] van de stad en van de provincie.” Tot daar geen vuiltje aan de lucht. Die waterput (en de diepte ervan) kunnen we tot op de dag van vandaag zelf vaststellen. 

Een tunnel tot aan de Kesselberg? 

Problematischer wordt het pas wanneer er gewag gemaakt wordt van tunnels.  Verschillende (geloofwaardige en minder geloofwaardige) historische bronnen verwijzen immers naar elkaar zodat het niet meer duidelijk is wie het nu bij het rechte eind heeft. Getuigenissen werden overgenomen, vertaald, geparafraseerd en aangedikt tot Antoine Guillaume Bernard Schayes in 1857 zijn Analectes archéologiques, historiques, géographiques et statistiques, concernant principalement la Belgique het volgende schrijft: 

"Aan de voet van de heuvel is de ingang naar een ondergrondse gang, die op dit ogenblik wordt belemmerd door instortingen. Volgens een volksverhaal zou deze gang zicht uitstrekken tot enerzijds de kerk van Sint-Pieter en de Grote Markt, en anderzijds naar het kasteel van Kesselstein […] "

Kesselstein, dat is een ander gebouw van de tempeliers (later de Hospitaalridders), gesitueerd op de Kesselberg, ongeveer 3 kilometer van de Keizersberg. Ook onder de Kesselberg zou een netwerk van tunnels bestaan (hebben), althans als we het werk Lovanium van de vermaarde Leuvense humanist Justus Lipsius uit 1605. Sommige tunnels zouden zelfs tot Leuven leiden, tot in de Sint-Pieterskerk, en dus ook tot de Keizersberg. Hoewel het erg weinig waarschijnlijk lijkt, omwille van de lange afstand en het feit dat de Dijle recht door het tracé loopt, worden deze tunnels nog een aantal keer vermeld in historische getuigenissen. 

De tempeliers hadden, zoals we in een vorige blogpost lazen, ook een vesting op de Keizersberg. De ridderorde werd fabelachtig rijk door hun oorlogen en plunderingen in het Heilige Land. Het is dus niet helemaal onaannemelijk dat ook hier in Leuven bepaalde rijkdommen aanwezig waren (en misschien nog steeds zijn: in de ondergrond). Voor je begint te graven: de tempeliers hadden een versterkte boerderij en een kapel op de Keizersberg – niet meteen gebouwen die je zou associëren met fabelachtige schatten dus. 

Dwergen uitroken 

Helemaal hilarisch wordt het wanneer Schayes in zijn Analectes op zoek gaat naar andere mogelijke verklaringen voor de vermeende ondergrondse tunnels: 

"Volgens een ander verhaal diende deze ondergrond als een toevluchtsoord voor dwergen, die door hun ondeugende aard […] vele inwoners van Leuven ergerden. Om deze onaangename gastheren van de hand te doen, waagden ze hen uit te roken door stro aan te steken bij de ingang van hun hol." 

Tactische tunnels 

Een écht plausibele uitleg geeft Schayes echter niet veel later: 

"Waarschijnlijk is deze galerij alleen gebouwd om als uitgang voor het kasteelgarnizoen te dienen. Deze onderaardse gang, samen met de waterput en restanten van de muur, is het enige dat overblijft van de burcht." 

In de publicatie De Vloek op de Keizersberg (aanrader!) worden nog een heleboel andere bronnen aangehaald en ooggetuigen opgevoerd – de ene al geloofwaardiger dan de ander. Een zeer credibele en recente bron is de Databank Publieke Ruimte waar de werken aan de toegang langs de Vaartkom worden omschreven.  

"Tijdens de uitvoering van de werken moesten nog enkele onbekende problemen opgelost worden, onder meer de moeilijkheid van de onderaardse tunnels en gangen die het Engelse leger doorheen de hele berg had gegraven en waarvan niemand de juiste loop kende." 

Nòg meer tunnels dus: deze keer gegraven door de Engelsen tijdens een van de wereldoorlogen. Het netwerk waarover sprake, was dus naar alle waarschijnlijkheid een netwerk aan tactische tunnel(tje)s die op heden niet meer bestaan. Een reeks onderaardse gangen die vooral dienden om de vijand te slim af te zijn, doorheen de eeuwen. 

Dat is een veel alledaagsere uitleg en het is uiteraard veel aanlokkelijker om weg te dromen en te fantaseren over onderaardse gangen met dwergen, fabelachtige schatten of duistere geheimen – dat plezier willen we jullie zeker niet ontnemen.   

--

Meer weten over tunnels in Leuven? Breng eens een bezoek je aan www.leuvenondergronds.be

--

Je vindt Labora in de historische abdij op de Keizersberg in Leuven – een bijzondere plek met een bijzonder rijke geschiedenis. 

Labora is een maak-, denk- en werkplek. 
Je vindt hier een coworkingvergaderruimtes en kunstateliers. 

Een goede werkplek is maar het halve werk.   
Een omgeving die je inspireert is even belangrijk.  
Welkom bij Labora.